De constructie van een hoofdzin met inversie. ประโยคบอกเล่ารูปกลับ

หลังจากที่ได้เรียนรู้เกี่ยวกับการเรียงคำในประโยคบอกเล่ารูปปกติไปแล้ว ต่อไปก็ต้องเรียนรู้เกี่ยวการเรียงคำในประโยคบอกเล่ารูปกลับกันคะ ถ้าเราเรียนรู้การเรียงคำต่างๆในประโยคบอกเล่าทั้สองแบบนี้แม่นพอสมควรแล้ว มันจะมีประโยชน์มากในการเขียนประโยคภาษาดัตช์ที่ซับซ้อนมากขึ้น อันได้แก่ประโยคเชิงซ้อน และประโยคความรวม

ประโยคบอกเล่ารูปกลับ หรือ de inversie (เดอะ อิน แฟ็รฺ ซี) ชื่อของมันก็บอกอยู่แล้วว่า “รูปกลับ” นั่นคือการขึ้นต้นประโยคจะขึ้นต้นด้วยเวลา หรือสถานที่ แต่ให้จำไว้ว่าประโยคบอกเล่ารูปกลับ(inversie)นี้ คำกริยาจะยืนอยู่หน้าประธานและติดกันเป็นตังเมเสมอ ดังรูปแบบต่อไปนี้

andere zinsdelen(3) + persoonsvorm(2) + onderwerp(1) + andere werkwoorden(4)

andere zinsdelen ส่วนนี้เป็นส่วนขยายประโยคซึ่งอาจจะเป็น = tijdsbepaling (ระบุเวลาในประโยค) เช่น nu, gisteren, om acht uur, soms, vaak, vroeger, volgend jaar = plaatsbepaling (ระบุสถานที่ในประโยค) เช่น in Thailand, hier, daar, overal, nergens, bij de kassa, op de fiets, in de auto

เช่น

Morgen om acht uur wil ik naar de supermarkt gaan.

wanneer	werkwoord	wie	wat	waar	werkwoord2
Morgen om acht uur	wil	ik		naar de supermarkt	gaan
Om twee uur	gaat	hij		op vakantie
Morgen om acht uur	ga	ik	een cadeau	op de markt	kopen

หรือ

wanneer (วัน)	werkwoord	wie	wanneer (เวลา)	wat	waar	werkwoord 2
Morgen	ga	ik	om acht uur	een cadeau	op de markt	kopen

หรือ

waar	werkwoord	wie	wanneer	wanneer	waar	werkwoord 2
In Nederland	gaan	mensen	in de zomer	vaak	op vakantie

ดูตัวอย่างไปๆมาๆชักเกิดอาการเวียนหัว เอาเป็นว่าลองลงมือทำแบบฝึกหัดเองดีกว่าคะ คำตอบอาจจะมีได้หลากหลาย จะให้ดีลองเขียนทุกแบบเท่าที่จะทำได้ แล้วให้คุณแฟนช่วยตรวจทานให้ว่าถูกต้องหรือไม่ คำตอบบางคำตอบอาจจะถูกต้องแต่ฟังดูไม่รื่นหู อันนี้ก็ยากเกินกว่าจะอธิบายได้ สิ่งเหล่านี้ต้องอาศัยการฝึกฝนเยอะๆคะ ตัวมดเองอยู่เนเธอร์แลนด์มาสามปีกว่าแล้ว ก็ยังเขียนผิด พูดผิดอยู่ เพราะภาษาดัตช์มันมีกฎมากมาย ข้อยกเว้นก็เยอะคะ

---

เรียงคำต่อไปนี้ให้อยู่ในรูปประโยคบอกเล่าแบบกลับ (inversie)

1. woon / ik / in een klein dorp
   
2. geef / voor haar verjaardag / jij / een mooi horloge
   
3. werkt / als leraar / hij / op een basisschool
   
4. gaat / naar de markt / hij / iedere dag
   
5. iedere dag / zij / gaat / naar school
   
6. jij / luistert / de hele dag / naar de radio
   
7. mijn man / werkt / bij een groot autobedrijf /als monteur
   
8. hij / verkoopt / veel / producten / uit Thailand
   
9. Nederland / organiseert / het openlucht popconcert / dit jaar
   
10. vlakbij ons huis / ligt / een groot voetbalstadion.
    
11. slects drie weken / duurt / het voetbaltoernooi
    
12. brengen / zij / naar de post / iedere dag / een postpakket
    
13. voor zijn verjaardag / aan hem / ik / geef / een broek
    
14. een nieuwe kast / koopt / mijn man / ieder jaar
    
15. het / de koudste winter / is / sinds honderd jaar

คำตอบอาจจะมีได้หลายคำตอบนะคะ

เฉลย

1. In een klein dorp woon ik.
   
2. Voor haar verjaardag geef jij een mooi horloge.
   
3. Als leraar werkt hij op een basisschool. หรือ Op een basisschool werkt hij als leraar.
   
4. Iedere dag gaat hij naar de markt.
   
5. Iedere dag gaat zij naar school.
   
6. De hele dag luistert jij naar de radio.
   
7. Bij een groot autobedrijf werkt mijn man als monteur. หรือ Als monteur werkt mijn man bij een groot autobedrijf. หรือ Als monteur bij een groot autobedrijf werkt mijn man.
   
8. Producten uit Thailand verkoopt hij veel.
   
9. Dit jaar organiseert Nederland het openlucht popconcert.
   
10. Vlakbij ons huis ligt een groot voetbalstadion.
    
11. Slechts drie weken duurt het voetbaltoernooi.
    
12. Iedere dag brengen zij een postpakket naar de post.
    
13. Voor zijn verjaardag geef ik aan hem een broek. หรือ Voor zijn verjaardag geef ik een broek aan hem.
    
14. Ieder jaar koopt mijn man een nieuwe kast.
    
15. De koudste winter is het sinds honderd jaar. หรือ Sinds honderd jaar is het de koudste winter.

เรื่องต่อไปเรามาศึกษาเกี่ยวกับการตั้งประโยคคำถาม(de vraag zin : เดอะ ฟราคฺ ซิน)กันนะคะ